1940. Les troupes d’Hitler envahissent la Belgique. La Luftwaffe crée un aéroport militaire dans le nord du pays à Mariakerk (Base de Raversijde/Middelkerke) Une jeune femme de Gand y trouve un emploi au Mess des officiers. Elle y rencontre un militaire allemand, dont on ignore encore aujourd’hui, quasiment tout (Simple soldat, aviateur, officier ?) De cette rencontre nait, plusieurs mois plus tard, un enfant. Cet enfant c’est ma mère. Peu de temps après, la mère de cette jeune femme (mon arrière-grand-mère) écrivit une lettre aux parents berlinois de ce soldat qui avait laissé ses coordonnées. Ils reçurent en retour une réponse indiquant, sommairement, qu’ils étaient désolés, mais qu’ils ne revirent jamais leur fils envoyé sur le front russe sur décision d’Hitler. Il périt donc très probablement dans cette zone. Jamais ma mère ne put, par la suite, savoir qui était son propre père, car sa mère garda un silence fermé jusqu’à sa mort en 2015. Fin de l’histoire. Cette installation-sculpture est un totem autobiographique, sous forme d’un conglomérat d’avions de chasse de l’armée allemande (Modèle Messerschmitt BF 109 f2) se télescopant pour en faire disparaitre les formes. Le matériau choisi, le verre, montre l’effacement de l’histoire et son oubli par les générations suivantes. .

1940. Hitlers troepen vallen België binnen. De Luftwaffe richt in het noorden van het land een militair vliegveld in Mariakerk (basis Raversijde/Middelkerke) in. Een jonge Gentse vrouw vindt er werk in de officierskantine. Daar ontmoette ze een Duitse militair over wie tot op vandaag bijna niets bekend is (soldaat, vliegenier, officier?). Dat kind was mijn moeder. Kort daarna schreef de moeder van deze jonge vrouw (mijn overgrootmoeder) een brief naar de Berlijnse ouders van de soldaat die zijn gegevens had achtergelaten. Ze kregen een kort antwoord waarin stond dat het hen speet, maar dat ze hun zoon, die op bevel van Hitler naar het Russische front was gestuurd, nooit meer hadden gezien. Hij is daar hoogstwaarschijnlijk omgekomen. Mijn moeder heeft nooit kunnen achterhalen wie haar eigen vader was, want haar moeder zweeg tot haar dood in 2015. Einde verhaal. Deze installatie-sculptuur is een autobiografische totem, in de vorm van een conglomeraat van Duitse legervliegtuigen (model Messerschmitt BF 109 f2) die in elkaar schuiven om hun vormen te laten verdwijnen. Het gekozen materiaal, glas, laat zien hoe de geschiedenis is uitgewist en vergeten door volgende generaties.

1940. Hitlers Truppen marschieren in Belgien ein. Die Luftwaffe richtet im Norden des Landes einen Militärflughafen in Mariakerk ein (Stützpunkt Raversijde/Middelkerke). Eine junge Frau aus Gent findet dort eine Stelle im Offizierskasino. Dort lernt sie einen deutschen Soldaten kennen, über den bis heute fast nichts bekannt ist (Einfacher Soldat, Flieger, Offizier?). Aus dieser Begegnung entsteht mehrere Monate später ein Kind. Dieses Kind ist meine Mutter. Kurz darauf schrieb die Mutter dieser jungen Frau (meine Urgroßmutter) einen Brief an die Berliner Eltern des Soldaten, der ihre Kontaktdaten hinterlassen hatte. Sie erhielten eine Antwort, in der sie kurz und bündig mitteilten, dass es ihnen leid tue, sie ihren Sohn, der auf Hitlers Befehl an die russische Front geschickt worden war, aber nie wiedersehen würden. Er kam also höchstwahrscheinlich in diesem Gebiet ums Leben. Meine Mutter konnte später nie herausfinden, wer ihr eigener Vater war, da ihre Mutter bis zu ihrem Tod im Jahr 2015 ein verschlossenes Schweigen bewahrte. Ende der Geschichte. Diese Installationsskulptur ist ein autobiografischer Totempfahl in Form eines Konglomerats aus Jagdflugzeugen der deutschen Armee (Modell Messerschmitt BF 109 f2), die teleskopartig zusammengeschoben werden, um ihre Formen verschwinden zu lassen. Das gewählte Material, Glas, zeigt die Auslöschung der Geschichte und ihr Vergessen durch die nachfolgenden Generationen.